Ik ben introvert. Dat weet ik al zo lang ik me kan herinneren. Toen ik in mijn jonge tienerjaren bekend raakte met dit labeltje plakte ik het maar wat graag op. Ik hield van labeltjes, ze konden dingen voor mij verklaren en ze gaven me overzicht. Zo, dus ik was introvert, dus daarom was ik wat rustiger dan mijn klasgenoten, daarom stond ik niet altijd in het middelpunt van de belangstelling en daarom was ik niet altijd even zichtbaar. Ik wist alleen niet dat ik nog wat meer verkeerde betekenissen onder dit mooie woord had geplakt.
Wat introvert zijn niet betekent
Als extraverte mensen outgoing, sociaal en enthousiast waren, dan zouden introverte mensen als vanzelfsprekend wel verlegen, a-sociaal en saai zijn, dacht ik. Door de mensen om mij heen werd dit beeld bevestigd. Hoe vaak heb ik wel niet gehoord dat ik meer moest zeggen, socialer moest doen, meer moest lachen en blijer moest zijn?
Ik zette mezelf ook nog eens in omgevingen waar het contrast met mijn kalme energie groter was dan gemiddeld: ik hield van dansen, toneelspelen en zingen. Op de musicalschool, op de dansschool en later in het recreatiewerk op de camping kwam dit onderwerp steeds weer terug. Ik was te rustig, te gevoelig, ik had te veel tijd voor mezelf nodig en als ik alleen was voelde ik me eenzaam, want zo hoorde het toch niet?
Oefenen om extraverter te worden om erbij te horen
Jarenlang oefende ik om extraverter te worden, om ertussen te passen, om gezien te worden. Op mijn 22e schreef ik zelfs trots in mijn ontwikkelingsverslag voor mijn studie: “Ik ben eindelijk extraverter geworden!”
Op mijn 24e kreeg ik een supergave baan als danseres in een show met danseressen die ik nog niet kende. Tijdens de eerste repetitie werd het al duidelijk; ik was anders dan de rest. Ik deed zo hard mijn best om erbij te horen, om net zo outgoing en blij en enthousiast te zijn, maar iets klopte er niet. Ze vonden mij niet leuk en ik vond hen onecht.
Wat introvert zijn wel betekent
Na een dramatische confrontatie waarin iemand “je bent gewoon niet extravert genoeg!” had geroepen, besloot ik eens onderzoek te doen naar wat het nou eigenlijk inhield, introversie. Ik wist niet of ik mij überhaupt wel aan zo’n term wilde verbinden en of het wel waar was dat ik introvert was. Ik kocht het boek “Stil” van Susan Cain en er ging een wereld voor me open.
Introvert zijn heeft niets te maken met verlegen zijn, met stil zijn en teruggetrokken. Het heeft alles te maken met energie en waar je van oplaadt. Alles wat ik las klopte voor mij. Ik verwerk mijn sores intern en breng het dan pas naar buiten. Sociale interacties kosten mij vaak (absoluut niet altijd) meer energie dan ze me opleveren. Ik denk, praat en schrijf zeer genuanceerd en geniet daar ook van. In grote groepen voel ik me meestal niet op mijn gemak, maar als ik me heel goed voel kan ik ook zomaar ineens het stralende middelpunt zijn. Ik hou absoluut niet van smalltalk, maar van diepgaande gesprekken met een persoon kan ik intens genieten. En ik krijg energie en ik laad op van tijd in mijn eentje doorbrengen.
Ik was eerder niet stil en verlegen omdat ik introvert was, maar omdat ik dacht dat ik niet goed genoeg was. Al die jaren aanpassen hadden ervoor gezorgd dat ik niet meer wist hoe ik mezelf moest zijn. Ik was een toneelstukje gaan opvoeren en de meeste mensen trapten erin. Het werkte, ik werd gezien. Ik was onbewust gaan geloven dat ik alleen voldeed als ik me maar zo extravert mogelijk voordeed en als dat niet lukte werd ik droef en stil.
Introvert én zichtbaar: het kan wel!
Toen ik eenmaal wist wat introvert zijn wél betekende, kostte het me maar weinig tijd om er ook de kracht van in te zien en zelfs te voelen. Ik kon mijn kalme energie, mijn wens om genoeg tijd alleen door te brengen en mijn voorkeur voor diepgaand contact steeds beter omarmen. Ik leerde mezelf te zijn, te praten wanneer ik wil praten, te luisteren wanneer ik wil luisteren. Als ik even alleen wil zijn is dat oké en als ik een hele poos stil ben in een grote groep is dat ook oké. Soms verlies ik mezelf nog even in mijn oude gedrag, maar dat heb ik nu steeds sneller door. Ik doe me in ieder geval niet meer anders voor dan ik ben, ik forceer niet meer. Het kost me geen kracht, maar ik sta in mijn kracht. Gek eigenlijk. Al die tijd ben ik bang geweest dat mijn persoonlijkheid ervoor zou zorgen dat ik niet zichtbaar was. En nu ik accepteer en vier dat ik ben wie ik ben, ben ik zichtbaarder dan ooit!
Dit artikel verscheen eerder op 365dagensuccesvol.nl. Het origineel vind je hier.